Wetgeving is hard nodig voor de MVO-convenanten

3 september 2020

Het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) concludeert dat de resultaten van de elf Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen convenanten (MVO-convenanten) na vijf jaar tegenvallen. Daarom adviseert het KIT minister Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking om MVO-wetgeving te overwegen.

UNICEF draagt onder meer actief bij aan de convenanten voor kleding- en textiel.

UNICEF draagt onder meer actief bij aan de convenanten voor kleding- en textiel. We ondersteunen bijvoorbeeld Nederlandse textielbedrijven bij het verbeteren van de bescherming van kinderrechten in hun keten in Bangladesh.

UNICEF draagt onder meer actief bij aan de convenanten voor kleding- en textiel. We ondersteunen bijvoorbeeld Nederlandse textielbedrijven bij het verbeteren van de bescherming van kinderrechten in hun keten in Bangladesh.

Over de MVO-convenanten

Er zijn elf MVO-convenanten die als doel hebben om de negatieve impact op mens en milieu, zoals kinderarbeid in de productieketen, van Nederlandse bedrijven wereldwijd aan te pakken. Dit wordt gedaan door middel van effectieve monitoring, risico analyse (due diligence) en collectieve projecten om problemen in ketens en bedrijfsvoering aan te pakken

De evaluatie van het KIT

Het KIT heeft in opdracht van Minister Kaag de elf MVO-convenanten geëvalueerd. Het KIT concludeert dat de resultaten van de convenanten na vijf jaar tegenvallen, hoewel er wel positieve effecten te zien zijn in het kleding- en textielconvenant en bankenconvenant. De resultaten vallen tegen omdat:

  • Het bereik van de convenanten beperkt is. Dit komt omdat slechts een deel van de sectoren en bedrijven (in die sectoren) deelneemt. Daarnaast blijft de uitvoering van due diligence en het naleven van afspraken bij bedrijven regelmatig achter en is er niet altijd sprake van onafhankelijke monitoring.
     
  • Er geen kwaliteitseisen zijn gesteld aan de convenanten. Dit komt doordat veel bedrijven geen reden zien om deel te nemen aan de convenanten en de eisen die daarin worden gesteld aan hun productieketen. Verbeterde monitoring, standaarden en een groter aantal deelnemende bedrijven zijn nodig om de negatieve impact van productieketens aan te pakken.

Daarom adviseert het KIT de minister om MVO-wetgeving - op basis van de OESO Richtlijnen en de UN Guiding Principles - te overwegen. Wetgeving en een vernieuwd convenantenbeleid versterken elkaar in een doordachte mix van MVO-beleid. Bovendien zorgt wetgeving voor een duidelijke minimumstandaard en maakt de convenanten voor veel meer bedrijven en sectoren een interessant hulpmiddel bij het invullen van hun due diligence-plicht. UNICEF staat hier volledig achter. Wij blijven daarom werken met bedrijven om hun negatieve impact op kinderrechten te verkleinen én pleiten voor een smart mix van multi-stakeholder initiatieven en wetgeving. 

Wat doet UNICEF op het gebied van MVO-convenanten

UNICEF draagt actief bij aan de sectorconvenanten voor kleding- en textiel, goud en metallurgie. We ondersteunen Nederlandse textielbedrijven bij het verbeteren van de bescherming van kinderrechten in hun keten in Bangladesh en onderzoeken nu of uitbreiding naar andere belangrijke productielanden mogelijk is. We helpen bedrijven in het Goudconvenant met het optuigen van hun due diligence en aanscherpen van beleid en het volgen van de vijf OESO-stappen in de OECD Minerals Guidance op het gebied van kinderarbeid.