Meisjes en vrouwen die meisjesbesnijdenis ondergaan, hebben vaak hun leven lang last van de medische risico’s die dit met zich mee brengt. Het is een schending van de fundamentele rechten van meisjes en vrouwen. UNICEF zet zich in voor een totale beëindiging van meisjesbesnijdenis.
“FGM denies women and girls their dignity, endangers their health, and causes needless pain and suffering, with consequences that endure for a lifetime and can even be fatal”
Antonio Guterres - Secretaris-Generaal van de VN
Vrouwelijke genitale verminking of female genital mutilation (FGM) is een ingreep die uitgevoerd wordt op een meisje of vrouw om haar genitalia te veranderen of te verwonden om niet-medische redenen. Het betekent in de meeste gevallen een gedeeltelijke of gehele verwijdering van haar externe genitalia. De term meisjesbesnijdenis is omstreden, omdat het (onterecht) vergelijkbaar lijkt met mannenbesnijdenis en zo de ingreep normaliseert.
Er zijn verschillende redenen voor meisjesbesnijdenis. Zo wordt het vaak gezien als een rite voor het worden van een vrouw, of als een middel om de seksualiteit van een meisje of vrouw te onderdrukken. Het wordt uitgevoerd in de overtuiging dat het goed is voor de opvoeding, het toekomstige huwelijk van het meisje en de familie eer.
Meisjesbesnijdenis brengt een lange lijst risico’s met zich mee. Het heeft geen gezondheidsvoordelen, juist integendeel. Het leidt tot medische complicaties, zorgt voor heftige pijnen, tussentijdse bloedingen, infecties, onvruchtbaarheid en soms zelfs de dood. Het kan ook leiden tot een verhoogd risico op het overdragen van hiv. Vrouwen en meisjes die meisjesbesnijdenis hebben ondergaan kunnen complicaties ervaren bij het baren, inclusief veel bloedverlies, doodgeboren kinderen, of het overlijden van kinderen op jonge leeftijd. Als aanvulling op de fysieke risico’s, brengt meisjesbesnijdenis veel mentale problemen met zich mee en is het een schending van de fundamentele mensenrechten van meisjes en vrouwen.
Een sociaal werker van UNICEF praat met een meisje en haar moeder over meisjesbesnijdenis in Egypte.
© UNICEF Egypt - Pirozzi
UNICEF zet zich samen met partners in om meisjesbesnijdenis te beëindigen. Het FGM-programma zet zich in voor zero tolerance wetgeving en beleid en werkt samen met gezondheidswerkers om het zowel te voorkomen als zorg te bieden aan meisjes en vrouwen die het slachtoffer zijn van meisjesbesnijdenis. Data leert ons dat binnen gemeenschappen waar meisjesbesnijdenis gangbaar is de meeste mannen en vrouwen tegen de ingreep zijn, maar dit verbergen uit angst voor afwijzing. Om hier verandering in te brengen, bespreekt UNICEF het openlijk in gemeenschappen, zoals zichtbaar in onderstaande video.
Sinds UNICEF zich vanaf 2008 samen met partners op dit thema inzet, hebben 13 landen wetgeving aangenomen waarin meisjesbesnijdenis wordt verboden. Het programma heeft voor meer dan 750.000 meisjes en vrouwen preventie, bescherming en verzorging geboden. In meer dan 15.000 gemeenschappen en districten wordt meisjesbesnijdenis niet meer getolereerd. Aan de andere kant is het zo dat meisjesbesnijdenis nog steeds teveel voorkomt en de afname niet overal zichtbaar is. Hoewel het percentage meisjes en vrouwen dat meisjesbesnijdenis ondergaat daalt, neemt door de groei van de totale populatie het aantal meisjes toe. Dat dit onderwerp ons over de hele wereld zorgen zou moeten baren, is zichtbaar in de brochure van UNICEF uit februari 2017.
Ondanks dat internationaal wordt erkend als een schending van de mensenrechten, zijn momenteel meer dan 200 miljoen meisjes en vrouwen genitaal verminkt. Het vindt plaats in 30 landen op drie continenten, waarvan de helft in Egypte, Ethiopië en Indonesië. Elk jaar lopen meer dan 3 miljoen meisjes wereldwijd het risico om dit te ondergaan, waarbij de meeste meisjes vóór hun 15e worden gesneden. Meer informatie (Engels) over meisjesbesnijdenis is te vinden op onze internationale webpage