Kabinet voert asielopvangeisen rechter niet uit

31 oktober 2022

Het kabinet geeft geen uitvoering aan de uitspraak van de rechter in het kortgeding dat VluchtelingenWerk Nederland heeft aangespannen. In de uitspraak van de rechter staan een reeks maatregelen om de situatie van kinderen in de noodopvang en crisisnoodopvang snel te verbeteren. Maar hier komt volgens UNICEF nog te weinig van terecht.  

meisje in asielopvang aan tafeltje

Falend asielbeleid

“Zo zien we constante verhuizingen van kinderen onder het mom van ‘het kan even niet anders'”, aldus Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland. “Hierdoor lopen kinderen onderwijs en zorg mis en raken zij in sociaal isolement (steeds weer afscheid nemen en nieuwe vriendjes maken). Ook worden kinderen geplaatst op locaties waar geen speelvoorzieningen gecreëerd kunnen worden. Hierdoor hebben zij weinig tot geen mogelijkheden om zich te ontspannen en even gewoon kind kunnen zijn. Meer dan 3000 kinderen zijn de dupe van het falende asielbeleid. Deze kinderen raken steeds verder beschadigd en dat moeten kabinet en gemeenten zichzelf aanrekenen.” 

Onderwijs

UNICEF constateert dat door de vele verhuizingen tussen (crisis)noodopvanglocaties en gebrekkige registraties niet alle kinderen onderwijs volgen. Voor het LOWAN – de organisatie die scholen ondersteunt bij het Eerste Opvangonderwijs aan nieuwkomers – is niet altijd duidelijk waar kinderen verblijven en wordt soms pas na een aantal weken duidelijk dat kinderen in een gemeente geplaatst zijn. Hierdoor kan onderwijs niet of pas laat opgezet worden. Bij het (ver)plaatsen van kinderen wordt niet altijd rekening gehouden of er een school (met genoeg personeel) in de buurt is van de opvanglocatie. Volgens UNICEF is het van belang dat de staatssecretaris van Asiel en Migratie regie neemt door bij de plaatsing van kinderen het recht op onderwijs voorop te zetten. 

Ter Apel

Ondanks de uitspraak van de rechter op 6 oktober is de situatie van alleenreizende kinderen in Ter Apel en in de (crisis)noodopvang niet verbeterd. De afgelopen weken verblijven er in Ter Apel gemiddeld 250-300 alleenreizende kinderen per dag, ver boven de toegestane capaciteit van 55 kinderen. Daarbovenop verblijven kinderen gemiddeld zo’n vijf tot zes weken in Ter Apel, terwijl dat vijf tot zes dagen zou moeten zijn. Elk weekend is het weer spannend of ieder kind een bed heeft, wat afhankelijk is van de hoeveelheid extra plekken die geregeld zijn door gemeenten. 

Naast bed, bad en brood is er amper ruimte over voor begeleiding, die momenteel afhankelijk is van een beperkt aantal medewerkers. Een medewerker moet op dit moment vanwege de overbezetting tientallen kinderen begeleiden. Als gevolg hebben de medewerkers nauwelijks zicht op hoe het met de kinderen gaat. Alleenreizende kinderen hebben daarnaast geen toegang tot regulier onderwijs en gebrekkige toegang tot zorg. Ook slapen kinderen in Ter Apel op matrassen op de grond, zijn er geen ruimtes beschikbaar om te spelen en is de hygiëne erg slecht. Voor kinderen met intoleranties en allergieën of kinderen die vanwege medische noodzaak geen hard voedsel kunnen eten is er geen alternatief voedsel beschikbaar. Ieder kind krijgt daarnaast dezelfde hoeveelheid.

Geen zicht op kinderen

In de (crisis)noodopvang ontbreekt het aan wat noodzakelijk is voor kinderen. Dit kan en mag niet geaccepteerd worden. Een veilige plek om te wonen, slapen en eten, naar school kunnen gaan, zorg krijgen, hulp bij psychische problemen zijn basisbehoeften voor alle kinderen om zich te kunnen ontwikkelen. In zowel de crisisnoodopvang als de noodopvang is dit niet gegarandeerd. Wanneer (alleenreizende) kinderen en gezinnen niet per direct uit (crisis)noodopvang worden gehaald, brengt dat voor kinderen risico op ernstige ontwikkelingsschade met zich mee.

UNICEF concludeert dat de regie en het mandaat rond de asielopvang zó versnipperd is, dat kinderen niet goed in beeld zijn. Niemand heeft op dit moment het overzicht en de coördinatie. Zo is de registratie in de crisisnoodopvang niet op orde en bestaat er nog steeds geen centraal beeld van het aantal kinderen dat daar verblijft. De urgentie om dit op te lossen en de schadelijke omstandigheden voor kinderen worden nog steeds onvoldoende erkend. Naast de rechterlijke uitspraak dat de situatie onaanvaardbaar is en zo snel mogelijk moet veranderen ligt er ook een aangenomen Kamermotie om kinderen met voorrang door te plaatsen naar stabiele en kleinschalige opvang. Laszlo: “De staatssecretaris van Asiel en Migratie zal bij het zoeken naar en openen van nieuwe opvanglocaties waar kinderen worden geplaatst regie moeten nemen en ervoor moeten zorgen dat de begeleiding geregeld is en kinderen in beeld zijn.”  

Een belangrijk middel om als kabinet de impasse in de opvangcrisis te doorbreken is een wet die zorgt voor een evenwichtiger verdeling van asielzoekers over Nederlandse gemeenten. UNICEF hoopt dat de Tweede Kamer ook het grote belang van deze wet inziet en dat gemeenten de juiste ondersteuning en middelen krijgen om de asielopvang uit te voeren.