De Taskforce Kinderrechten van de zes Caribische eilanden van het Nederlands Koninkrijk bestaat tien jaar. De Taskforce heeft als doel een veilige en stimulerende leefomgeving voor kinderen te realiseren op alle eilanden. Daarmee geeft de Taskforce ook opvolging aan de aanbevelingen van het VN-Kinderrechtencomité.
© Kinderrechtentaskforce/Thode
De Taskforce Kinderrechten, bestaande uit leden van Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, St. Eustatius en Sint Maarten en de adviesleden het ministerie van Binnenlandse Zaken en UNICEF Nederland, heeft afgelopen week op Bonaire haar 10-jarig bestaan gevierd en van de gelegenheid gebruik gemaakt om op een werkconferentie verder invulling te geven aan de naleving van kinderrechten. De Taskforce ontwikkelde een overkoepelend strategisch kader en actieplannen per eiland.
“Hiermee geeft de Taskforce duidelijk opvolging aan de aanbevelingen van het VN-Kinderrechtencomité. Kinderrechten zijn niet vrijblijvend. Elke overheid moet zich volgens het Kinderrechtenverdrag inspannen om de rechten van het kind te realiseren”, geeft Ton Liefaard, hoogleraar kinderrechten bij de Universiteit Leiden, aan tijdens de conferentie. “De Interlandelijke Taskforce Kinderrechten is hier een goed voorbeeld van.”
De afgelopen jaren is er al invulling door de Interlandelijke Taskforce gegeven aan de naleving van kinderrechten. Met name op de geformuleerde speerpunten: positief opvoeden, kindermishandeling voorkomen, vangnetten ontwikkelen, participatie, professionele hulp en kwetsbare kinderen, zijn concrete resultaten geboekt. Zo is er onder andere:
Op deze manier wordt ervoor gezorgd dat kinderen in de Caribische delen van het Koninkrijk opgroeien in een gezonde, vellige en stimulerende omgeving, waarin zij gelijke kansen hebben, zich ten volle kunnen ontwikkelen en waar hun mening telt. Om naast deze resultaten per eiland structureel verandering teweeg te brengen is samenwerking belangrijk. Samen sta je immers sterker.
De samenwerking binnen de Taskforce Kinderrechten maakt het mogelijk om kennis uit te wisselen en ervaringen te delen. Hierdoor ontstaan hele mooie kruisbestuivingen. “Door kennis te delen, te verbinden en de rechten van het kind hoog op de politieke agenda te houden, maak je samen het verschil", zegt Rachel Crowe, strategisch coördinator sociaal domein Caribisch Nederland bij het ministerie van Binnenlandse Zaken, die net als UNICEF Nederland adviserend lid is van de Taskforce. “Ik zie dat de (ei)landen elkaar steeds beter vinden en informatie uitwisselen over bijvoorbeeld wet- en regelgeving. Een ander meer concreet voorbeeld is de kindertelefoon Aruba die ook Caribisch Nederland bedient.”
Om de ontwikkelingen op het gebied van kinderrechten te monitoren wordt een monitoringsinstrument uitgewerkt. Per eiland is hiermee in de nabije toekomst de voortgang te meten op de geformuleerde speerpunten. Dit instrument wordt op basis van de gesprekken in de komende maanden verder afgerond. Met dit monitoringssysteem wordt antwoord gegeven op de vraag van het VN-Kinderrechtencomité om inzichtelijk te maken waar we staan als het gaat om de naleving van kinderrechten. Dit is belangrijk ook voor het volgende verantwoordingsmoment van het hele Nederlandse Koninkrijk aan het VN-Kinderrechtencomité.